Door Tineke Klaassen.
Als ik rouw schrijf ik. Ik schrijf als ik rouw. Sandra wist dit en nodigde me uit om iets te schrijven voor Leven Na Zelfdoding. Dank je wel Sandra. Sandra en ik hebben elkaar ontmoet tijdens een rouwretraite (voor mensen die een dierbare hebben verloren na zelfdoding) waarin zij mij gesteund en geïnspireerd heeft toen ik vast liep in mijn rouwproces. Door te schrijven kan ik vertragen en een bezoekje brengen aan mijn binnenwereld, om daarna met nieuwe inzichten weer terug te komen en me staande te houden in deze buitenwereld.
We zijn weer terug van vakantie. Wij dat is ons samengesteld gezin. Mijn jongste dochter van 12 stelt mij vragen uit de kletspot van het vakantiehuisje: “Mama, wat is het ergste dat je in je leven hebt moeten doen?” en ik zei prompt: ‘dat was toen ik jou en je zus moest vertellen dat je vader dood was’. De volgende vraag luidde: “En waarmee zou je willen stoppen?” Iemand anders riep: ‘met verdrietig zijn!’ Maar ik voelde dat juist helemaal niet zo. Want verdriet is voor mij onlosmakelijk verbonden met ‘houden van’. Daarom hebben we zo’n verdriet. Omdat we hem zo missen. Omdat er zoveel liefde was. Mijn dochter keek me aan en leek het gelukkig te begrijpen. Als ik haar vraag wat zij zo mist, is haar antwoord steevast: “ik mis alles”. Dat begrijp ik op mijn beurt weer. Het zit ‘m in de grote dingen. En juist ook in de kleine: “een gek ontbijtje dat papa maakte van 12 eieren; een reuze-omelet!” En samen lachen we om de grappige herinneringen.
Ik kijk naar haar deze vakantie. Wat heeft ze afgelopen tijd veel meegemaakt. Een vader die jarenlang kei hard vocht om uit zijn depressie te komen; een slimme vader, de allerleukste en liefste, grappigste en vriendelijkste vader van de hele wereld en nu is hij er niet meer. Klasgenootjes die er niks van snappen, het niet kunnen slapen. Ze komt uit een zware periode. Zelf weer opgekrabbeld. Zoekt ze opnieuw de zin van de dag in alle waanzin van het gemis.
Blijven staan in de storm
De pijn van de kinderen vind ik moeilijk. Mijn andere dochter gaat er totaal anders mee om. Dat is okay weet ik inmiddels. Als moeder kan ik er voor ze zijn en na veel lezen en luisteren over rouw ben ik er achter gekomen dat dit nou precies genoeg is (en meer dan genoeg). Blijven staan in deze storm. In het contact met andere moeders die als ‘overgebleven ouder’ verder gaan met het opnieuw inrichten en bijstellen van hun gezinsleven, merk ik dat het fijn kan zijn om er over te praten. Juist over wat niet zo goed gaat, zwaar of moeilijk is. Het luisteren naar elkaar. De erkenning en de herkenning.
Mensen die wat verder weg staan vragen dikwijls ‘hoe lang is het geleden’? Dan is het de bedoeling dat ik zeg: ‘hij heeft een jaar en acht maanden geleden een einde gemaakt aan zijn leven. Beter gezegd. Een einde aan zijn lijden.’
Maar mijn hele lijf geeft echter aan dat dit al veel eerder is begonnen: dat ik hem tijdens de langdurige en allesoverheersende depressie in stukjes al kwijt ben geraakt. Dat we juist in deze onzichtbare periode samen zo wanhopig konden zijn. En dat ik me al jaren zorgen maakte, we er samen voor knokten en wegen zochten om er uit te komen. Voor elkaar zorgden. Niet uit te drukken in exacte jaartallen.
Op het moment dat ik het bericht kreeg dat de vader van mijn kinderen zelf een einde had gemaakt aan zijn leven, voelde ik direct twee dingen. Ik voelde de gigantisch storm die over ons heen zou komen. En tegelijkertijd voelde ik heel duidelijk, een diep vertrouwen van binnenuit: ik heb de kracht om dit te kunnen dragen.
Dat oergevoel was zo sterk dat ik er rustig van werd. En in tijden van paniek en wanhoop kon ik zelfs de wanhoop verdragen en de paniek toestaan. Groot verlies en pijn kun je niet steeds “onder controle hebben”. Daardoor kwam ik in het ‘niet weten’ terecht of moest ik moeilijke vraagstukken onder ogen zien. Ik rouwde (en rouw nog steeds) met mijn hele lijf. Wist niet dat het zo fysiek kon zijn.
Ik kon en kan (vooral na de rouwretraite) zijn met alles wat zich aandiende en vertrouwde erop dat er elke keer weer een stuk voorbij kwam wat ik precies op dat moment ‘aan kon’. Scherf voor scherf kon ik het oprapen en steeds viel het licht op een andere stuk en kreeg dit een plek in mijn levensschilderij. Dat ik opnieuw aan het inrichten ben.
Je bent niet alleen
Ik voel ook: ik hoef dit niet alleen te doen. Ik zoek mensen die mij goed kunnen steunen, maar vooral die kunnen luisteren naar de pijn. En deze mensen koester ik. Niet iedereen kan tegen zoveel emoties. Door mijn eigen kwetsbaarheid te delen, ontmoet ik juist de ander. Ik ben helemaal niet alleen. Er zijn daar buiten ook andere verhalen, mensen, net als ik, er is zoveel ander leed, als ik goed om me heen kijk, ben ik nooit alleen.
Ik heb geleerd om te durven blijven liggen of stil te staan, schaamteloos het even niet te weten of te kunnen. Vanuit de overtuiging dat er uit deze stilte vanzelf weer een opening komt. Ja, hoor, als vanzelf komt dan de beweging en in mijn eigen tempo komt er dan weer ruimte. Juist door naar de pijn toe te bewegen, ontstaat er ruimte voor wat er achter de pijn zit. Liefde. Dankbaarheid. Of ‘niks’, maar voel me dan wel een stukje lichter dan daarvoor.
Allemaal mooie woorden, maar soms is het simpelweg vreselijk K** natuurlijk. Dan is er te veel rauwe rouw. Te veel snot voor de ogen. Dat is dan zo. Dan weet ik. Ik kan weer gaan vechten of er mee zijn. Dat laatste lukt me steeds beter en dat is zoveel lichter leven. Alsof mijn hart me op koers houdt. Me afremt en me troost of geduldig weer in beweging zet.
Afgelopen jaren was mijn leven één grote rollercoaster. En toch, of misschien juist hierdoor, heb ik aan den lijve ondervonden hoe ik vanuit mijn hart kan leven. Dat mijn hart mijn startpunt is en een plek waar ik steeds terug kan komen. En dat dit als een donderslag uit de hemel zo direct binnen kwam op de dag dat ik dat nare bericht kreeg.
Laatst vroeg iemand welke opleidingen ik deed om mezelf te ontwikkelen. Ik geloof dat ik de afgelopen veertien jaar de grootste opleiding heb gehad door het leven te leven. En dat laatste betekent niet dat het allemaal ‘leuk’ is of dat het ‘goed lukt’ en dat mensen met applaus en diploma’s klaar staan. Maar het leven ten volle omarmen. Een beetje meedeinen op de golven en koers houden in een storm. Of … Een reuze omelet bakken van 12 eieren…