Door Liesbeth Gijsbers.
Een vriend van een vriendin, laten we hem Klaas noemen, kwijnt al maanden eenzaam weg in zijn huis.
De gordijnen gaan nauwelijks nog open. De pyama blijft meestal aan. Hij rookt en drinkt zich letterlijk dood – wat hij ook hoopt – en voor de rest slaapt hij of staart wezenloos voor zich uit naar de tv zonder iets in zich op te kunnen nemen. De wereld en hij, ze zijn uiteengevallen.
Bezoek van familie of een enkele vriend of vriendin houdt hij af. Uit schaamte misschien. Of uit schuldgevoel, omdat hij hen al zolang met zijn zwaarte belast. Of omdat hij alle hoop heeft opgeven. Op apps reageert hij nog maar een enkele keer, met een enkel woord. Wat is er toch met Klaas aan de hand?
Klaas lijdt aan een ernstige depressie. Al heel veel jaren lang. Psychologen, psychiaters, opnames, medicijnen… Hij heeft het allemaal geprobeerd, maar het mocht niet baten. Het bracht hem niet de verlichting waarnaar hij zo heftig verlangt. En nu wil Klaas alleen nog maar dood. Hij wil dat er een eind komt aan zijn inktzwart lijden. Maar hij weet niet hoe. Zelfs hulp vragen daarbij of de hand aan zichzelf slaan vallen hem lijkt het te zwaar.
Vanmorgen sprak ik met de vriendin over de schrijnende werkelijkheid waarin Klaas – onwillig en onbereikbaar geworden na zoveel lijden – nu feitelijk aan zijn lot wordt overgelaten. Want als hij niet zélf aan een of andere zorgbel trekt, ziet geen hulpverlener meer naar hem om. Niemand reikt naar hém uit, zelfs de eigen huisarts niet. Zo gaat dat blijkbaar in Nederland. Ben je ziek, dan is er zorg net zo lang tot je beter bent. En als dat niks meer uithaalt, krijgt de fysiek zieke patiënt een palliatief traject aangeboden. Wie daarentegen terminaal ziek is in het hoofd – niet langer in staat alarm te slaan – blijft maar al te vaak in de kou staan. Waar is de hulp als er geen hulpvraag meer komt?
Ik verloor zelf mijn zus aan zelfdoding. Ook zij was jarenlang ernstig depressief, en deed dapper haar uiterste best te genezen. Tevergeefs. Uiteindelijk hield ze dat vol tot haar vijfenvijftigste. Ontslagen uit het ziekenhuis, alleen in haar eigen huis. Eén ding was voor mij glashelder: dat ze voor haar dood verkeerde in een terminale fase van haar ziekte. En ik was dan ook woedend destijds op een zorgsysteem dat daar geen oog voor had gehad.
En nu maak ik me opnieuw boos. Om Klaas. En om vergelijkbare anderen. Om hoe het systeem met hen omgaat. Hoelang duurt het voor wordt ingezien dat mensen zoals mijn zus of Klaas evengoed zó uitzichtloos ziek kunnen zijn dat een menswaardige en zorgvuldige begeleiding in de richting van hun dood geboden is? Dat ook zíj mogen rekenen op warmte en aandacht in de vorm van goede palliatieve zorg als behandeling geen verlichting meer brengt? Op een zacht heengaan, in het bijzijn van dierbaren, zoals we dat mensen die op andere manieren ondraaglijk lijden ook al zolang gunnen?
Ik denk aan al die huisdeuren waar we dagelijks voorbijlopen en waarachter zich misschien een Klaas bevindt. Iemand – een mens! – die zich eenzaam en wanhopig aan het terugtrekken is de wereld. Een wereld met een machtig ‘zorgsysteem’ dat hem ‘vergeten’ is. Er kwam immers geen hulpvraag meer?
Hoe koud, hoe zorgonwaardig.
Zo herkenbaar en je staat naast die geestelijk doodzieke zo machteloos. Onbereikbaar voor hulp, wil niet meer vechten, wil niet elke dag weer wakker worden. Zij willen dat de gedachten stoppen maar daar hebben ze geen grip op. Voor mijn man hoefde het leven niet. Hij leefde nog voor zijn gezin. Elke dag was overleven. Om de vele stappen te moeten zetten om dit te stoppen daar is geen energie voor. En al was dit er wel, simpele serieuze hulp bij mijn zieke man, dat kan en wil men niet. Waar je dan in beland als hij dan zelf de keuze maakt. Op een traumatische manier. Daar moet het gezin nu mee verder leven.
Hij nu van zijn lijden verlost maar de manier waarop maakt het zo dubbel verdrietig
Ha Kitty,
Ik heb jouw reactie doorgestuurd na Liesbeth, groetjes Sandra
Erg triest verhaal en ik ben bang dat dit maar al te vaak voorkomt. Ook overigens bij bekende mensen zoals artiesten. In mijn ogen zijn er drie vormen van zelfdoding. Euthanasie, het heft meteen in eigen handen nemen, of deze langzame manier van wachten tot de dood intreedt. Uiteindelijk komt het er op neer dat ieder mens verlangt naar “slechts” enkele echt belangrijke dingen. Liefde, aandacht, gezelschap, begrip, respect.
Ha Rob,
Ik heb jouw reactie doorgestuurd aan Elsbeth,
Groetjes Sandra
Ik bedoel Liesbeth