Door Patti Broeder.
Een vriendin belde mij. Ze had net haar vader begraven en was erg verdrietig. Hij was plotseling overleden, ze had geen afscheid kunnen nemen. En hij was erg belangrijk voor haar geweest. Ze vertelde dat ze moe is en boos en ze heeft last van schuldgevoelens en ze moet zoveel.
Ik antwoordde dat alle gevoelens bij rouw horen: verdriet, boosheid, angst en ook plezier. Dat laatste kon niet, antwoordde ze, want daar zou ze zich schuldig over voelen. Ho, dacht ik, dat kan wel. Alles wat je voelt is oké. Ik had zo met haar te doen, ik weet een beetje wat ze doormaakt en het is vreselijk als je bepaalde gevoelens niet kunt toelaten.
En ik besef dat ik vanuit mijn ervaringsdeskundigheid – en oké, ook doordat ik een aantal boeken over dit onderwerp doorploegde – bijna expert lijk te zijn op het gebied van rouwen. Over al deze onderwerpen, gevoelens en hoe raar en niet passend die soms lijken te zijn, mijn woede die zich soms op de verkeerde richt, heb ik geblogd. Maar ik zal het eens op een rijtje zetten. Voor het gemak, om even snel te kunnen nalezen.
Hier een lesje rouw, op persoonlijke titel.
Ik weet nog goed dat Vijf een paar jaar geleden zei: ‘Mama, ik wil hier niet doorheen, ik wil er omheen, het is te zwaar zo.’
En dat ik antwoordde: ‘Lieverd, je moet er doorheen, dat is de enige weg. We doen het samen, ik houd je vast.’
Het leest misschien alsof ik hem naar zwemles stuurde, en zo voelde het ook wel een beetje. Ik zag een enorme zee voor me, waar ik op de een of andere manier in terecht was gekomen na de zelfdoding van Bas. En daar dobberden we dan, Marie, Vijf en ik. Het was erg verleidelijk om naar de kant te waden en om de pijn heen te gaan. Maar net zoals dat met echte zeeën gaat, ontdek je dat je op een gegeven moment niet verder komt: de overkant blijft aan de andere kant van de zee. Dus er doorheen is uiteindelijk de snelste weg. Zwemmen, watertrappen, blijven drijven. En daarbij zorgen dat je veilig bent, doordat je niet alleen bent, doordat er iemand is die je zo nu en dan even vasthoudt.
We zijn een paar jaar verder, we gingen door die zee.
En Vijf merkte gisteren op dat het heeft gewerkt. Dat we over Bas kunnen praten. Dat we de dood van oma ook weer aankunnen. Dat we sterker zijn geworden. En tegelijk nog steeds diep verdrietig soms.
Volgens hem werkt ‘onze methode’. En dat is natuurlijk erg fijn om te beseffen. Want ik zou niet anders kunnen dan dit.
Dus mijn advies luidt: ga er doorheen. Accepteer dat je je voelt zoals je je voelt. Tegenwerken kost veel meer energie. Je zult ervaren dat je het aankunt. En dat kan opluchten. Want de angst voor de pijn kan wel groter zijn dan de pijn zelf.
En met accepteren bedoel ik niet dat je het verlies accepteert. Dat kan heel lang duren, misschien accepteer je het wel nooit helemaal. Ik bedoel ermee dat je je eigen pijn accepteert.
Mijn ervaring is dat die pijn min of meer gedoseerd komt. De eerste klap van het verlies is zo hard, dat je je de eerste weken en misschien wel maanden een beetje wezenloos voelt. Verdoofd haast.
Je hersenen registeren ook echt een klap en anticiperen daarop. Verzuipen in je eigen verdriet gebeurt dan ook niet zo vaak.
Weer dat water. Er doorheen moeten, zwemmen, verzuipen, roeien met de riemen die je hebt – die zegswijzen zijn er vast niet voor niets.
Het voelt voor mij ook zo nu en dan als een koude, donkere poel waar ik in rond spartel, op weg naar een stukje vaste grond. Na de dood van mijn moeder werd ik opnieuw geconfronteerd met al de onverwachte gevoelens die je overvallen als je rouwt.
Ik zei tegen mijn vriendin: ‘Alles wat je voelt is oké.’ Het is pas problematisch als je over een tijdje merkt dat je je leven nog steeds niet kunt oppakken. Wat ‘een tijdje’ is, verschilt per persoon, per sterfgeval, per situatie, per omstandigheden. Je weet zelf wel wanneer het zover is dat je weer verder kunt met je leven.
Als andere mensen je pushen om bijvoorbeeld terug te gaan naar je werk, en je weet zelf diep van binnen heel goed dat het daar de tijd nog niet voor is, dan moet je ervoor zorgen dat je nog niet terug hoeft. Een ander kan misschien wel veel sneller het werk hervatten, die vindt er juist de nodige afleiding in.
Rouwen verschilt van mens tot mens, daar kun je geen handleiding voor schrijven.
Ik zal proberen kort te inventariseren wat je kunt tegenkomen aan gevoelens.
- Je hebt het concentratievermogen van een mug.
- Je bent lichtgeraakt, goedbedoelde opmerkingen kunnen totaal verkeerd vallen.
- Je barst op de gekste momenten in tranen uit.
- Je hebt het gevoel dat je hier nooit meer uitkomt.
- Je wilt je bed niet uit.
- Je wilt helemaal geen andere mensen zien.
- Je bent boos op iemand die er niks aan kan doen, eigenlijk ben je boos op iedereen.
- Je bent bang dat binnenkort weer een dierbare doodgaat.
- Je kunt niet goed slapen, want ‘s nachts komen al die nare gevoelens keihard binnen.
- Je voelt je schuldig, ook al ben je dat niet. Dat speelt bij suïcide nog extra.
- Je moet soms gewoon lachen, je kunt je zelfs even heel blij voelen, maar je vindt dat dat niet mag.
- Je bent enorm gekwetst door de mensen om je heen, omdat die het eigenlijk niet goed kunnen doen. Je kunt zelf niet goed met mensen omgaan en het is voor hen dus ook best moeilijk om goed
- met jou om te gaan. Maar je empathisch vermogen heb je even tijdelijk mee begraven.
Op persoonlijke titel dus, dit is mijn ervaring, misschien werkt het voor jou wel heel anders.
Maar één ding moet je echt onthouden: wat je voelt is oké.
Wat je ermee doet is weer wat anders. Probeer te voorkomen dat je ruzie krijgt. Probeer te voorkomen dat je je huis niet meer uit komt.
Zorg vooral goed voor jezelf. Vraag hulp als je die nodig hebt. Laat desnoods jouw omgeving dit blog lezen. Opdat ze weten dat jij jij even niet bent. En dat je tijdelijk moeite hebt met eten koken. Vraag je huisarts iets om een paar nachten te kunnen slapen. Sta jezelf toe om even verschrikkelijk ongezond te eten, als je daar troost in vindt.
Maar sla niet door en kweek geen verkeerde gewoonten waar je niet meer vanaf komt. Niet iedere dag een borrel, geen sigaretten, geen drugs.
Je komt heus aan de overkant – als ik het kan, kun jij het ook.
Patti Broeder is moeder van drie kinderen, van wie de oudste op 1 november 2017 een einde aan zijn leven maakte.
Dit blog is ook geplaatst op www.toenwashetstil.nl